Latijnse naam: Pantherophis obsoleta rossaleni Nederlandse naam: Oranje rattenslang Land van herkomst: Noord-Amerika, het zuiden van Florida en het noorden in de Everglades, Martin, en Okeechobee gebied. Grootte: tussen de 100 en 180 cm lang Gewicht: ca. 300 gram Leeftijd: tot 15 jaar
Beschijving: De drooglegging van de Everglades en beplanting van de Australische Casaurina bomen langs snelwegen heeft het mogelijk gemaakt de everglades rattenslang in noordelijke richting te verplaatsen en de gele rattenslang (E. o. Quadrivittata) naar het zuiden te verplaatsen. De twee ondersoorten gemakkelijk verlopen anders met elkaar om het punt dat waar is, bijna zonder patroon, oranje-rood everglades ratten nu zijn weer heel moeilijk te vinden.
Kleur: Bij volwassen dieren, zowel de dorsale en ventrale kleuren variëren van oranje naar een diep oranje-rood, de exemplaren uit het noordelijkste deel van hun gebied vaak met een meer geel-oranje kleur dit is te wijten aan genetische invloed van de gele rat (E. o. Quadrivittata ). De dorsale patroon varieert van bijna niet aanwezig tot vier meestal vage strepen over de gehele lengte van het lichaam vaak gepaard met vage vlekken.
Mutatie´s: Hypomelanistic. Een op vrij grote schaal gekweekt kleurmutatie. Ze zijn opvallend. Bij gekleurde, stevige, heldere oranje slangen ontbreken zowel vlekken en strepen. Ze worden soms aangeduid als albino, ook al zijn ze normaal gekleurde ogen hebben.
Natuurlijk gebied: Deze bestaat uit de Everglades en natte openland-situaties tot subtropisch hardhoutbossen, cipres moerassen, en dennenbossen.
Gedrag: Everglades Rattenslangen, net zoals gele rattenslangen, zijn zowel overdag als 's nachts actief. Ze zijn te vinden bij het oversteken van wegen 's nachts en tijdens de dag zonnend langs de boomgrens of op onverharde wegen. Het zijn ook grote klimmers, en zijn vaak hoog in pijnbomen te vinden.
Kweken: Dit gebeurt op dezelfde wijze als de gele ratsnake. Een afkoelingsperiode is niet noodzakelijk maar kan helpen. Gewoon het inkorten van de licht-cyclus is meestal alles wat nodig is om deze ondersoort te kweken.
Paring: Net als bij de gele rattenslang, het kweken vindt meestal plaats van maart tot mei.
Eileg: Tussen de 6-30 eieren worden er gelegd in de maanden mei tot juli. De incubatietijd (broedduur) duurt van 55-60 dagen.
Jonge dieren: De pasgeboren jongen zijn meestal tussen de 8 tot 10 centimeter groot. De dieren zijn ongeveer met 2 jaar geslachtsrijp. De jonge slangen worden eerst met pasgeboren muizen gevoerd. In de natuur voeden zij zich met jonge hagedissen of roze muizen. Jongen hebben meestal een lichtgrijze grondkleur met donkere grijze vlekken en een ventrale patroon dat bestaat uit wit-grijs en donkergrijs vlakken. De pasgeboren jongen worden soms geboren met een beetje oranje.
Behuizing: De grijze rattenslang zit bij ons in een terrarium van 150x100x140 cm (lxbxh) hoog. Het zijn goede klimmers die graag hoog willen zitten. Het terrarium dient overeenkomstig de biotoop ingericht te worden met wat stukjes wortelhout en een bodembedekking (zand, boomschors, humus, takken ed, die het vocht langere tijd vasthoudt. Ideaal hiervoor zijn schors snippers. Verdere aankleding van het terrarium kan bestaan uit diverse planten (bij voorkeur kunstplanten ivm het schoonhouden), klimtakken met liplaatsen boven het terrarium. Uiteraard mag een grote waterbak niet ontbreken. Ze liggen graag in het water. Om de luchtvochtigheid in het terrarium op peil te houden kunt u het beste 1 a 2 keer per week te sproeien. Het terarium moet ook droge plekken hebben om schimmel op de huid te voorkomen.
Temp/ Luchtvochtigheid: Temp: 24 - 28 graden. Heeft een korte winterrust nodig (15 - 18° graden)
Voeding: Muizen, ratten, vogels en kleine reptielen.
Weetje: Vuistregel: De prooi mag niet dikker zijn, dan het dikste gedeelte van de slang.